“Een uitnodiging bij deBuren is nooit vrijblijvend”

Hoe cultuurhuis deBuren een begrip is in Vlaanderen en Nederland

Hoe kunnen we Nederland en Vlaanderen verbinden? Die vraag stelden de overheden van de twee Nederlandssprekende gebieden. Het antwoord: het Vlaams-Nederlands Huis deBuren, een organisatie die de landen verbindt op het gebied van taal en cultuur, en ruimte creëert voor debat. Antwerpen, Amsterdam, Oostende en Groningen: overal worden evenementen georganiseerd, met Brussel als uitvalsbasis. In 2024 bestaat deBuren twintig jaar.

Isidore van Westing

Willem Bongers-Dek | © Andreas Van Esbroeck

Willem Bongers-Dek
DeBuren kijkt niet graag terug, maar liever vooruit”, aldus Willem Bongers-Dek, directeur van de organisatie. Voor het vieren van zijn jubileum is deBuren intern al druk in overleg: “We hebben een fijne groep collega’s, waar we druk mee aan het brainstormen zijn. We willen het jubileum aangrijpen om vooruit te kijken naar de komende twintig jaar in Vlaanderen en Nederland. Dat willen we doen met een festival in het najaar, waarin alles samenkomt.”

Bongers-Dek is sinds 2019 directeur. Hij is Nederlander en woont in Antwerpen. Ruim vijftien jaar geleden begon hij als literair programmamaker en redacteur. “Ik schreef toen nog mijn masterscriptie in Utrecht. Het idee was om daar te gaan promoveren. Ik zou dan parttime bij deBuren in Brussel werken en parttime aan mijn promotie werken. Algauw merkte ik hoe leuk ik het werk bij deBuren vond. Toen ik de kans kreeg om daar te blijven, deed ik dat.” Door zijn jarenlange werk kent hij het cultuurhuis als de beste: “DeBuren wil mensen verbinden. Dat vind ik ontzettend mooi.”

Taal en Literatuur
Hoe doet deBuren dat? “We hebben verschillende stromen in het huis. Taal/cultuur en debat. De link met taal is heel breed: literatuur, podcasts, ook de ontwikkeling van taal. In debatten willen we onderwerpen samenbrengen: Nederland en Vlaanderen delen veel problemen, maar we kennen elkaars oplossingen/oplossers niet: het doel is om op dit vlak te verbinden en zorgen dat Nederlanders en Vlamingen met elkaar netwerken.”

Om bij te dragen op het vlak van taal, organiseert deBuren evenementen en wedstrijden. “Het bekendst is onze schrijfresidentie in Parijs: gedurende twee weken maken de residenten nieuw materiaal. Ook voor en na de residentie worden ze door ons begeleid. We hebben ook veel andere mooie projecten. Zo organiseren we samen met het Amsterdamse Perdu een wedstrijd voor poëzietalent: Vers van het Mes. Daarnaast hebben we het traject Eenzame Avonturen, waarbij tijdschrift De Gids literaire non-fictie publiceert. En we hebben CELA, een Europees talentontwikkelingstraject voor schrijvers, vertalers en literaire professionals, dat nu voor de derde keer Europese financiële steun heeft gekregen.”

De band die de talenten in de trajecten van deBuren met elkaar opbouwen, is sterk: “Afgelopen weekend was ik in Groningen en sprak ik met voormalig schrijfresident Mahat Arab, die tegen mij zei: ‘Ik denk dat er door deBuren elke week wel ergens een Vlaming bij een Nederlander op de bank ligt en andersom.’ Dat is het netwerk dat ze opbouwen. Ze hebben altijd een logeeradres bij elkaar in België en Nederland. Chris Keulemans zei dat een uitnodiging bij deBuren nooit vrijblijvend is, en dat is ook de bedoeling.”

Sfeerbeeld van het Atelier Actua XL / Water voor later, deBuren, Brussel, 20 juni 2023

Debat
Naast taal focust deBuren op het publieke debat. Ook daarvoor organiseert het cultuurhuis verschillende trajecten en evenementen. Een daarvan is Nieuw Geluid, een talentontwikkelings-traject voor beginnende schrijvers, sprekers en denkers die met meer zelfvertrouwen in het debat willen staan. “We willen onderwerpen bespreken die belangrijk zijn voor beide landen en mensen die een evenement bijwonen, inspireren. We willen hen aanzetten om na te denken, reflectie creëren en omstandigheden scheppen waarin burgerschap kan opbloeien. Het kritische burgerschap kan opbloeien door te praten over verschillende onderwerpen. Dat kan van alles zijn: van jeugdzorg tot zwemmen.”

Sinds de opheffing van de CVN (Commissie Cultureel Verdrag Vlaanderen-Nederland) is er geen instantie meer die adviezen uitbrengt over de Nederlands-Vlaamse culturele samenwerking. Op de vraag of dat nu de verantwoordelijkheid van deBuren is, zegt Bongers-Dek: “De kern van onze missie houdt in dat we niet beleidsadviserend zijn. We zijn wel inspirerend. We zullen niet zo snel een rapport schrijven. Maar ik zie dat dingen die wij agenderen, voortleven en ervoor zorgen dat mensen elkaar vinden. Wat wij wel doen, is professionals verbinden rondom thema’s waar samenwerkingen uit voortkomen.”

Bongers-Dek noemt een voorbeeld: “In Nederland had je de Governance Code Cultuur, in Vlaanderen was er een oudere code op dat vlak. De minister wilde een nieuwe code en toen heeft deBuren meegewerkt aan het schrijven van die code en aan het samenbrengen van de juiste experts. En inmiddels is de Bestuurscode Cultuur op Vlaams niveau ingevoerd en dat is gebeurd naar Nederlands model met veel Nederlands-Vlaamse uitwisseling daaraan voorafgaand. Dat is een voorbeeld van iets wat in de context van deBuren ontstaat en daarna verder vleugels krijgt.”

De toekomst van deBuren
DeBuren breidt zich steeds verder uit: nieuwe samenwerkingen met cultuurinstanties in beide landen en nog meer talentontwikkeling. Dit voorjaar vond er tijdens FAAR een grote Vlaams-Nederlandse sectordag voor het letterenveld plaats in Oostende, De temperatuur van de literatuur, met meer dan honderdvijftig professionals. “Daar ben ik trots op. Net als ons traject Nieuw Geluid: we krijgen steeds meer diversificatie.”

Voorlopig blijft Bongers-Dek genieten van zijn werk als directeur: “Ik vind het ontzettend fijn om te doen, ik heb hele goede collega’s. Veel wordt door collega’s gedaan, die zich met volle passie smijten op wat ze aan het doen zijn.”

En wat de toekomst betreft, die ziet Bongers-Dek zo: “De taal wordt op allerlei manieren bedreigd: taalcompetentie neemt in tal van contexten af en verengelsing neemt toe. De Vlaams-Nederlandse samenwerking is een inhoudelijk gedragen antwoord op die ontwikkeling. Door ons werk de afgelopen twintig jaar, met een sterke focus op talige talentontwikkeling en inclusie, is deBuren een kwaliteitskeurmerk geworden. We krijgen steun voor wat we aan het doen zijn van de overheden. Dat geeft hoop voor de toekomst.”

Isidore van Westing is redacteur voor meerdere programma’s bij de VPRO. Daarnaast heeft ze haar eigen wekelijkse radioshow in Haarlem.
Contact: isidorevanwesting@gmail.com

Dit interview werd gepubliceerd in Neerlandia 2024/1.

Naar boven